Vanwaar die ondertoon?

In langdurige (zakelijke) relaties wordt veel gebruikt gemaakt van subtekst. Na jaren samenwerken ken je elkaars gevoeligheden en allergieën. Daarom worden bepaalde onderwerpen niet meer aangehaald. De gevoeligheden verdwijnen echter niet, maar belanden in de onderstroom. En dat is gevaarlijk.

Waarom iets expliciet zeggen als het ook impliciet kan?

Neem een juridisch adviesbureau opgericht door twee vennoten. De ene vennoot komt bijna dagelijks naar kantoor terwijl de andere partner, die ver van het kantoor woont, steeds vaker thuis werkt. Het is iets waar de twee het niet rechtstreeks met elkaar over hebben. De beslissing waar het kantoor zou komen, was destijds een heet hangijzer. De vennoot die dichtbij kantoor woont, is echter gefrustreerd dat hij als enige het kantoor moet managen. Op één van de zeldzame dagen waarop ze wel allebei op kantoor zijn en de vaak afwezige vennoot op het punt staat te vertrekken, zegt deze: ”Ik ga nu. Ik laat je nog weten wanneer ik  er weer ben.” Daarop zegt zijn medevennoot: ”Is prima. Ik zie je volgende maand wel weer.”

De ondertoon in deze zin is duidelijk maar nodigt niet uit tot een gesprek. Het is een impliciete boodschap die niet leidt tot een actie, maar de ander wel opscheept met een onbehaaglijk gevoel. Iets wat je trouwens ook kan meegeven zonder woorden. In fictie heet die techniek ‘Showing, not telling’. Als je bij het betreden van de maandagmorgenmeeting twee stoelen verder gaat zitten dan je rechtstreekse collega zegt dat vaak ook genoeg.

Het gevaar van impliciete boodschappen

Het gevaar dat schuilt in impliciete boodschappen is tweeledig. Wie er een gewoonte van maakt te communiceren in subtekst is zich er na een tijdje niet meer van bewust. Hoewel mensen zich vaak niet herinneren wat een ander precies zei tijdens een bijeenkomst of in een gesprek herinneren we ons juist wel het gevoel dat achterbleef. Mensen die gebruik maken van een ondertoon maar zich daar niet meer van bewust zijn, zijn zich ook niet bewust van het gevoel dat ze achterlaten bij anderen. En dat nare gevoel kan zakelijke relaties flink schaden.

Het tweede risico is dat bepaalde taboes ogenschijnlijk niet meer te doorbreken zijn. Mensen die gewend zijn over bepaalde boodschappen enkel te communiceren in impliciete boodschappen weten niet meer hoe ze het onderwerp wel bespreekbaar kunnen maken. Heel veel belandt dan in de onderstroom en dat leidt tot ‘koude conflicten’.

Hoe kan je de onderstroom ‘tackelen’?

Een belangrijk deel van mijn werk als mediator is om juist wat in de onderstroom leeft bespreekbaar te maken. Zeker in een zakelijke setting hebben partijen de neiging de toon erg zakelijk te houden en het werkelijk onderliggend probleem – zoals wantrouwen, afgunst, angst, financiële onzekerheid, schaamte of trots – enkel te laten doorschemeren in de ondertoon.

Om conflictpartijen tot een oplossing voor hun probleem te laten komen, is het belangrijk het probleem te definiëren. Dat klinkt gemakkelijker dan het in de praktijk is. Mensen zijn er veel aan gelegen het juist niet over de onderliggende gevoeligheden te hebben. Ontkenning is daarbij een krachtig mechanisme, maar soms blijkt ook dat één of beide partijen zich niet bewust zijn is van het werkelijke probleem.

Een interventie die ik inzet, is om precies de boodschappen met een ondertoon eruit te pikken en die te onderzoeken. Dat een boodschap een ondertoon bevat, is deels gebaseerd op mijn ‘gutfeeling’ en deels op de lichaamshouding of toon van de spreker.

Neem bijvoorbeeld een zin als ”Dat jouw voorstelling niet realistisch is, is al vaker gebleken” die bijna achteloos wordt uitgesproken.

Als ik degene die aan het woord is, vraag om de term ‘niet realistisch’ te verduidelijken en me niet laat afschepen, wordt veel meer duidelijk dan dat ik partijen eindeloos cijfers of feiten laat opdissen. Effectieve interventies zijn zinnen als:

Wat bedoel je met het woord ‘realistisch’?
Waar doel je op?
Ik proef ergernis. Waar komt die ergernis vandaan?
Waar heb je last van?

Hoewel het vaak ongemakkelijk voelt, is de confrontatie met onderliggende boodschappen noodzakelijk om onderliggende issues bespreekbaar te maken. Eenmaal een onderliggend probleem bespreekbaar is gemaakt, blijkt het beter hanteerbaar dan beide gesprekspartners hadden gedacht.

Voel jij de ondertoon in een één op één gesprek dan kan ook jij die bespreekbaar maken. Zeg bijvoorbeeld: Ik volg je niet helemaal, wat probeer je te zeggen? Of: Ik voel dat iets je dwars zit. Kunnen we het daar over hebben?

Weg van de aannames en impliciete boodschappen ligt een oplossing.

 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *